loader

Twee Verzetsgroepen, Eén Doel"

In Hoedekenskerke waren twee verzetsgroepen actief. De eerste verzetsgroep (met als uitvalsbasis Elsingwegeling 1) was verbonden met een groep in het dorp Nisse. De tweede opereerde vanuit de boerderij op Molenstraat 38. In deze boerderij waren twee kamers gevorderd voor Duitse officieren.

Met name na Dolle Dinsdag – 5 september 1944 – kwam de ondergrondse veel in actie. De commandant vormde het middelpunt, hij gaf de bevelen. Terwijl Duitse officieren in de keuken zaten, was er in de voorkamer bij Van de Ree een overleg van leden van de ondergrondse. Het is heel belangrijk geweest dat de leden van de ondergrondse goed gezwegen hebben en er maar weinig uitlekte naar de buitenwereld. Het was jammer dat de beschieting van Hoedekenskerke niet voorkomen kon worden, omdat door de inundatie veel verbindingen kapotgegaan waren.

Verborgen Vluchtelingen in de Schuur

Ondanks dat er in deze boerderij dus Duitsers waren, zat er in de schuur een onderduiker uit Zeeuws-Vlaanderen. Gedurende het verblijf van de Duitsers in deze boerderij, werden er ’s nachts verschillende geallieerde piloten ondergebracht. Deze piloten waren met hun vliegtuig gestrand in de polders rondom Hoedekenskerke en werden ’s nachts met de fiets naar de schuur van de boerderij gebracht.

Op een geschikt moment nam de hofmeester van de veerboot de onderduikers mee aan boord. Hij verstopte ze in de kombuis. Aangekomen in Terneuzen werden ze weer opgehaald door mensen van het verzet ter plaatse. Daarna probeerden ze, soms via Spanje of Zwitserland, weer terug te keren naar Engeland zodat ze nog eens konden worden ingezet. Later probeerden ze zich te voegen bij de oprukkende geallieerde troepen in Frankrijk.

De Duitse inkwartiering op Molenzicht

Op de boerderij op Molenstraat 48, genaamd ‘Molenzicht’, waren in september enkele weken ongeveer 20 Duitse soldaten ingekwartierd. Dat gaf in het begin de nodige problemen, maar nadat ze op rantsoen waren gezet voor het gebruik van water uit de regenbak verliep het allemaal ordelijk.

Tegen de meisjes in het gezin waren ze erg vriendelijk. Uit de gesprekken lieten ze duidelijk weten, dat voor hen de oorlog verloren was en dat de Tommy’s zouden komen. Eén soldaat, slechts 18 jaar oud, huilde ’s nachts om zijn moeder.

Toen de soldaten na enkele weken vertrokken waren richting Rilland, kwam een van hen op de fiets terug om op school in Kwadendamme afscheid te nemen van twee dochters. Later is het gezin via Kwadendamme gevlucht naar een boerderij in het Zwake. Twee kinderen werden onderweg dodelijk getroffen door de geallieerde granaten.

Bevrijdingsmuseum Zeeland
Privacyoverzicht

Deze site maakt gebruik van cookies, zodat wij je de best mogelijke gebruikerservaring kunnen bieden. Cookie-informatie wordt opgeslagen in je browser en voert functies uit zoals het herkennen wanneer je terugkeert naar onze site en helpt ons team om te begrijpen welke delen van de site je het meest interessant en nuttig vindt.